Voorwaarden opname vertrouwelijke communicatie
Toepassing van de bevoegdheid tot het opnemen van vertrouwelijke communicatie in de zin van artt. 126l/126s Sv is slechts aan de orde indien er met behulp van een technisch hulpmiddel gegevens, zoals mondelinge gesprekken, worden geregistreerd die onderdeel uitmaken van communicatie.
Eisen technisch hulpmiddel
In art. 126ee Sv is bepaald dat ter uitvoering van een bevel opnemen van vertrouwelijke communicatie slechts gebruik gemaakt mag worden van een technisch hulpmiddel dat voldoet aan de technische en procedurele eisen die bij algemene maatregel van bestuur worden gesteld. Het gaat hier om het Besluit technische hulpmiddelen strafvordering (Stb. 2006, 524 en – dit Besluit is nadien gewijzigd – Stb.2007, 121).
Live meeluisteren met gesprek
Het is toegestaan om tijdens het opnemen van de communicatie ‘live’ mee te luisteren indien er zekerheid bestaat dat de communicatie ook daadwerkelijk met het technische hulpmiddel wordt opgenomen zodat achteraf kan worden vastgesteld wat is afgeluisterd en onderschept.
Verbeteren kwaliteit gesprek
Indien de kwaliteit van de opgenomen communicatie van een dermate slechte kwaliteit is dat het niet of slechts beperkt bruikbaar is, kan de verstaanbaarheid van de inhoud van het gesprek worden verbeterd met behulp van een technische bewerking. In art. 15 van het Besluit technische hulpmiddelen strafvordering is bepaald dat een technische bewerking alleen mag plaatsvinden op een kopie van de oorspronkelijk geregistreerde communicatie.
Openbaarheid en geen inzet technisch hulpmiddel
Indien in de openbaarheid een vertrouwelijk gesprek wordt gevoerd dat zonder de inzet van een technisch hulpmiddel door een opsporingsambtenaar kan worden afgeluisterd, is er geen sprake van het opnemen van vertrouwelijke communicatie, en is het toegestaan om dit gesprek mee te luisteren zonder de toepassing van de in de artt. 126l/126s Sv opgenomen bevoegdheid.