Onderzoek telefoon Archives - Bewijs in strafzaken https://bewijs-in-strafzaken.nl/onderzoek-telefoon/ Tue, 12 May 2020 06:08:25 +0000 nl hourly 1 https://wordpress.org/?v=6.1.6 Ontsleutelbevel telefoon https://bewijs-in-strafzaken.nl/ontsleutelbevel-telefoon/ https://bewijs-in-strafzaken.nl/ontsleutelbevel-telefoon/#respond Tue, 12 May 2020 06:08:13 +0000 https://bewijs-in-strafzaken.nl/?p=1675 De vraag is of een verdachte gedwongen kan worden een gegevensdrager te ontsleutelen. Uit de jurisprudentie is af te leiden dat dit probleem vooral bij iPhones, maar tegenwoordig ook bij andere smartphones speelt. In de Wet computercriminaliteit III heeft het ontsleutelbevel voor de verdachte (bij kinderporno- en terrorismezaken) met bij niet-nakoming een gevangenisstraf het niet […]

The post Ontsleutelbevel telefoon appeared first on Bewijs in strafzaken.

]]>
De vraag is of een verdachte gedwongen kan worden een gegevensdrager te ontsleutelen. Uit de jurisprudentie is af te leiden dat dit probleem vooral bij iPhones, maar tegenwoordig ook bij andere smartphones speelt.
In de Wet computercriminaliteit III heeft het ontsleutelbevel voor de verdachte (bij kinderporno- en terrorismezaken) met bij niet-nakoming een gevangenisstraf het niet gehaald. In art. 125k Sv is wel een ontsleutelbevel voor anderen dan de verdachten, zoals systeembeheerders opgenomen (voor zover zij over kennis ter ontsleuteling van de gegevens beschikken).

Het ontsleutelbevel staat in spanning met het nemo teneturbeginsel, zoals kan worden afgeleid van art. 6 EVRM. Bij het gedwongen afgeven van een wachtwoord of pincode moet de verdachte gedwongen een ‘geestesinspanning’ leveren, hetgeen in spanning staat met het nemo-teneturbeginsel, het zwijgrecht en de verklaringsvrijheid.

In de Wet computercriminaliteit III heeft het ontsleutelbevel voor de verdachte (bij kinderporno- en terrorismezaken) met bij niet-nakoming een gevangenisstraf het niet gehaald. Het ontsleutelbevel staat in spanning met het nemo teneturbeginsel, zoals kan worden afgeleid van art. 6 EVRM. Bij het gedwongen afgeven van een wachtwoord of pincode moet de verdachte gedwongen een ‘geestesinspanning’ leveren, hetgeen in spanning staat met het nemo-teneturbeginsel, het zwijgrecht en de verklaringsvrijheid.  o.a. A. Bood, ‘Geef ze een vinger …’, NJB 2018/1880, afl. 36, p. 2744-2748, D.A.G. van Toor, ‘Het gedwongen ontgrendelen van een smartphone in het licht van het nemo-teneturbeginsel’, NJB 2019/317.)

In de jurisprudentie zien we verschillende zaken hierover:

  • Rb. Noord-Holland 28 februari 2019, ECLI:NL:RBNHO:2019:1568, Computerrecht 2019/94, m.nt. D.A.G. van Toor.
  •  De discussie leidt zeer wel mogelijk tot een arrest van de Hoge Raad (gedwongen afgeven pincode)

 

The post Ontsleutelbevel telefoon appeared first on Bewijs in strafzaken.

]]>
https://bewijs-in-strafzaken.nl/ontsleutelbevel-telefoon/feed/ 0
Slechts beperkt onderzoek telefoon door politie toegestaan https://bewijs-in-strafzaken.nl/slechts-beperkt-onderzoek-telefoon-politie-toegestaan/ https://bewijs-in-strafzaken.nl/slechts-beperkt-onderzoek-telefoon-politie-toegestaan/#respond Wed, 05 Apr 2017 22:20:43 +0000 https://bewijs-in-strafzaken.nl/?p=1562 Voor het doen van onderzoek door een opsporingsambtenaar vereist de wet geen voorafgaande rechterlijke toetsing of tussenkomst van de OvJ. Indien de met het onderzoek samenhangende inbreuk op de persoonlijke levenssfeer als beperkt kan worden beschouwd, biedt de algemene bevoegdheid van opsporingsambtenaren, neergelegd in art. 94 jo. art. 95 en 96 Sv, daarvoor voldoende legitimatie. […]

The post Slechts beperkt onderzoek telefoon door politie toegestaan appeared first on Bewijs in strafzaken.

]]>
Voor het doen van onderzoek door een opsporingsambtenaar vereist de wet geen voorafgaande rechterlijke toetsing of tussenkomst van de OvJ. Indien de met het onderzoek samenhangende inbreuk op de persoonlijke levenssfeer als beperkt kan worden beschouwd, biedt de algemene bevoegdheid van opsporingsambtenaren, neergelegd in art. 94 jo. art. 95 en 96 Sv, daarvoor voldoende legitimatie. Dit zal het geval kunnen zijn indien het onderzoek slechts bestaat uit het raadplegen van een gering aantal bepaalde op de elektronische gegevensdrager of in het geautomatiseerde werk opgeslagen of beschikbare gegevens. Indien dat onderzoek zo verstrekkend is dat een min of meer compleet beeld is verkregen van bepaalde aspecten van het persoonlijk leven van de gebruiker van de gegevensdrager of het geautomatiseerde werk, kan dat onderzoek jegens hem onrechtmatig zijn. Daarvan zal i.h.b. sprake kunnen zijn wanneer het gaat om onderzoek van alle in de elektronische gegevensdrager of het geautomatiseerde werk opgeslagen of beschikbare gegevens met gebruikmaking van technische hulpmiddelen (HR 4 april 2017, ECLI:NL:HR:2017:588).

Wettelijk kader onderzoek telefoon

art. 94, eerste lid, Sv:

“1. Vatbaar voor inbeslagneming zijn alle voorwerpen die kunnen dienen om de waarheid aan de dag te brengen

(…)”

– art. 95, eerste lid, Sv:

“1. Hij die den verdachte aanhoudt of staande houdt, kan voor inbeslagneming vatbare voorwerpen, door dezen met zich gevoerd, in beslag nemen.”

– art. 96, eerste lid, Sv:

“1. In geval van ontdekking op heterdaad van een strafbaar feit of in geval van verdenking van een misdrijf als omschreven in artikel 67, eerste lid, is de opsporingsambtenaar bevoegd de daarvoor vatbare voorwerpen in beslag te nemen en daartoe elke plaats te betreden.”

– art. 104 Sv:

“De rechter-commissaris is tot inbeslagneming van alle daarvoor vatbare voorwerpen bevoegd. Buiten het geval hij uit hoofde van de artikelen 181 tot en met 183 onderzoekshandelingen verricht, vindt inbeslagneming door de rechter-commissaris slechts plaats op vordering van de officier van justitie.”

Voor de waarheidsvinding mag onderzoek worden gedaan aan inbeslaggenomen voorwerpen teneinde gegevens voor het strafrechtelijk onderzoek ter beschikking te krijgen. In computers opgeslagen of beschikbare gegevens zijn daarvan niet uitgezonderd (vgl. HR 29 maart 1994, ECLI:NL:HR:1994:
AD2076, NJ 1994/577). Dat geldt ook voor in andere inbeslaggenomen elektronische gegevensdragers en geautomatiseerde werken, waaronder smartphones, opgeslagen of beschikbare gegevens. De wettelijke basis voor dat onderzoek door opsporingsambtenaren is gelegen in het samenstel van de bepalingen waarop de bevoegdheid tot inbeslagneming is gebaseerd.

HR: alleen beperkt onderzoek telefoon toegestaan

Voor het doen van onderzoek door een opsporingsambtenaar aan inbeslaggenomen elektronische gegevensdragers en geautomatiseerde werken teneinde de beschikking te krijgen over daarin opgeslagen of beschikbare gegevens vereist de wet geen voorafgaande rechterlijke toetsing of tussenkomst van de officier van justitie. Indien de met het onderzoek samenhangende inbreuk op de persoonlijke levenssfeer als beperkt kan worden beschouwd, biedt de algemene bevoegdheid van opsporingsambtenaren, neergelegd in art. 94, in verbinding met art. 95 en 96 Sv, daarvoor voldoende legitimatie. Dit zal het geval kunnen zijn indien het onderzoek slechts bestaat uit het raadplegen van een gering aantal bepaalde op de elektronische gegevensdrager of in het geautomatiseerde werk opgeslagen of beschikbare gegevens. Indien dat onderzoek zo verstrekkend is dat een min of meer compleet beeld is verkregen van bepaalde aspecten van het persoonlijk leven van de gebruiker van de gegevensdrager of het geautomatiseerde werk, kan dat onderzoek jegens hem onrechtmatig zijn. Daarvan zal in het bijzonder sprake kunnen zijn wanneer het gaat om onderzoek van alle in de elektronische gegevensdrager of het geautomatiseerde werk opgeslagen of beschikbare gegevens met gebruikmaking van technische hulpmiddelen.

Mede gelet op het vooralsnog ontbreken van een daarop toegesneden wettelijke regeling verdient het volgende opmerking. De bevoegdheid tot inbeslagneming van voorwerpen en de daarin besloten liggende bevoegdheid tot het verrichten van onderzoek aan die voorwerpen kunnen op grond van art. 95 en 96 Sv ook worden uitgeoefend door de op grond van art. 148 Sv met het gezag over de opsporing belaste officier van justitie, nu deze blijkens art. 141, aanhef en onder a, Sv met opsporing is belast. Voorts kunnen die bevoegdheden op grond van art. 104, eerste lid, Sv worden uitgeoefend door de rechter-commissaris. De hier genoemde wettelijke bepalingen bieden tevens de grondslag voor het verrichten van onderzoek aan inbeslaggenomen voorwerpen door de officier van justitie respectievelijk de rechter-commissaris, indien de inbeslagneming is geschied door een opsporingsambtenaar.
In zo een geval vormen de genoemde wettelijke bepalingen een toereikende grondslag voor onderzoek aan inbeslaggenomen voorwerpen – waaronder elektronische gegevensdragers en geautomatiseerde werken – dat een meer dan beperkte inbreuk op de persoonlijke levenssfeer meebrengt. Daarbij valt – in het licht van art. 8 EVRM – aan onderzoek door de rechter-commissaris in het bijzonder te denken in gevallen waarin op voorhand is te voorzien dat de inbreuk op de persoonlijke levenssfeer zeer ingrijpend zal zijn.

 

The post Slechts beperkt onderzoek telefoon door politie toegestaan appeared first on Bewijs in strafzaken.

]]>
https://bewijs-in-strafzaken.nl/slechts-beperkt-onderzoek-telefoon-politie-toegestaan/feed/ 0